
Op 1 juli 1863 werd de slavernij afgeschaft, maar de ex-slaven op Suriname moeten nog 10 jaar op bevrijding wachten. Ze staan nog 10 jaar onder een bijzonder toezicht van de staat. Dat was 1 juli dus 150 jaar geleden.
In de tijd van het Oude Testament konden overwonnen vijanden tot slaaf gemaakt worden. God gaf het volk Israël de opdracht om goed voor de slaven te zijn en gaf regels om dat te waarborgen. Het is goed te beseffen dat er een groot verschil was in behandeling van de slaven in de koloniale tijd en zoals dat voorgeschreven werd in de Bijbelse regels van 3500 jaar geleden. Slaven werden ontzettend mensonterend gebruikt en vernederd. Op elkaar gestapeld als sardientjes verscheept, er moest hard gewerkt worden in gevangenschap, er is heel, heel, veel pijnlijks over te zeggen. Met de hand op de Bijbel is dit goedgepraat. Excuses maken is zeer zeker goed.
Nu is slavernij over de hele wereld verboden, maar het gebeurt nog volop. Ook in Nederland. In het geheim, wanneer buitenlanders ergens in een bedrijf onder erbarmelijke omstandigheden moeten werken, hun paspoorten worden afgepakt, ze nauwelijks of geen loon krijgen. Maar ook minder geheim. Er wordt wel gesproken over ‘meisjes van plezier’, maar goed bekeken vinden er elke dag honderden verkrachtingen plaats. Je leven zou maar bestaan uit het leven in een gevangenis, waarbij je vele uren moet ‘werken’, elke dag meerdere mannen bij jou binnendringen, wanneer je niet genoeg ‘klanten’ hebt, word je in elkaar geslagen en geen mogelijkheid tot ontsnappen. Gelukkig leven we in een vrij land..? Ook verder weg houden we slavernij in stand. We hebben slaven om onze kleding te maken, om grondstoffen voor onze smartphones op te delven, cacao te verbouwen en ga zo maar door. Wie kiest ervoor om de prijs te betalen van duurdere producten, waarbij er geen of minder slavernij aan te pas is gekomen?
Iemand die ooit slaaf was, maar nu als vrij mens leeft, zal toch goed voor andere medemensen moeten zijn en zijn medemens niet als slaaf willen behandelen? “U bent nu dus geen slaven meer, maar kinderen en als zodanig erfgenamen, dankzij God” (Galaten 4:7) Wij waren slaven van de zonde (Romeinen 6:17), maar nu zijn we vrijgemaakt van de zonde en mogen we leven als vrije mensen. De vrijheid moeten we niet misbruiken, maar we mogen leven volgens de regels die vrijheid geven. (Galaten 5:13) Leven we in die vrijheid, dan zullen we toch ook niets liever willen dan dat ook anderen in vrijheid leven? Niet opgesloten door een pooier, uitbuiter, foute fabriekseigenaar. Maar ook willen we dat diegenen vrij komen die opgesloten zitten in zichzelf, die vast zitten aan zonde. Verslaafd zijn aan de zonde. Met schaamrood op onze kaken moeten we terugkijken naar wat er in het verleden is gebeurd. Excuses maken, vergeving vragen. En laten we keuzes maken die anderen en onszelf vrijheid brengt.
Arjan Bouman